Beste bezoeker,
Hieronder treft u het klachtenreglement van de praktijk aan!
Klachtenregelement Psychologenpraktijk Vaartjes verwijst als lid NVO naar het Klachtenregelement NVO
4.De klachtprocedure bij het College van Toezicht
4.1Het indienen van een klacht
1. Een klacht dient schriftelijk en met redenen omkleed te worden ingediend bij het bureau van de NVO ter attentie van de ambtelijk secretaris van het College van Toezicht.
2. Het klachtschrift dient minimaal te omvatten: a. naam, adres en woonplaats van de klager b. naam en werkadres of woonadres van de verweerder; c. een omschrijving van de klacht; d. zo mogelijk de Artikelen van de beroepscode waarop de klacht betrekking heeft.
3. De ambtelijk secretaris onderzoekt of de klacht aan de in lid 2 van dit Artikel gestelde eisen voldoet. Zo nodig wordt klager schriftelijk verzocht de klacht met het oog op genoemde vereisten aan te vullen binnen een aan hem gestelde redelijke termijn.
4. Bij afwezigheid van de ambtelijk secretaris worden door of namens de directeur van het bureau de in dit Artikel genoemde werkzaamheden verricht.
4.2Onderzoek en behandeling van een klacht
4.2.1Beoordeling van de ontvankelijkheid
1. Het College van Toezicht neemt geen anonieme klachten in behandeling. 2 Het College neemt geen klacht in behandeling waarover het al eerder uitspraak heeft gedaan tenzij sprake is van nieuwe feiten of omstandigheden 3. Het College neemt geen klacht in behandeling als duidelijk is dat de klager daarbij geen belang heeft, tenzij behandeling van de klacht naar het oordeel van het College in het belang is van de kwaliteit van de beroepsuitoefening van leden van de vereniging. 4. Klager is verplicht te melden of, en zo ja, wanneer hij dezelfde klacht eveneens heeft ingediend bij een andere tuchtrechtelijke instantie. Als blijkt dat dezelfde klacht reeds is ingediend bij een andere tuchtrechtelijke instantie, dan kan het College voorstel doen aan beide partijen om de klacht aan te houden tot er bij deze instantie uitspraak is gedaan. Na kennisname van deze uitspraak neemt het College, na vernemen van het standpunt van beide partijen, een gemotiveerde beslissing over het al dan niet behandelen van de klacht.
4.2.2 Kennisgeving over ontvankelijkheid
1. Binnen twee weken na ontvangst van het klachtschrift of de aanvulling van de klager hierop besluit het College van Toezicht of een klacht in behandeling wordt genomen. 2. Indien een klacht in behandeling wordt genomen wordt dit aansluitend aan de beslissing schriftelijk meegedeeld aan klager en verweerder met vermelding van de procedure en de termijnen. 3. Indien een klacht niet in behandeling wordt genomen wordt dit aansluitend aan de beslissing schriftelijk en met redenen omkleed meegedeeld aan de klager en degene tegen wie de klacht is ingediend.
4.2.3 Deelname aan de klachtbehandeling door collegeleden
1. Aan de behandeling van een klacht wordt op straffe van nietigheid deelgenomen door ten minste drie leden van het College van Toezicht. 2. Leden van het College onthouden zich van het deelnemen aan de behandeling van een klacht indien zij met verweerder of klager een bloed- of aanverwantschap hebben tot en met de tweede graad, een persoonlijke relatie onderhouden of hebben onderhouden of indien er naar het oordeel van het College op andere gronden onverenigbaarheid bestaat. 3. Wanneer klager of verweerder stellen dat een of meer collegeleden zich vanwege bloed- of aanverwantschap, persoonlijke relatie of op andere gronden dienen te onthouden van behandeling van de klacht, dient het College gemotiveerd op dit verzoek te reageren. Betreffend lid of leden dienen zich zo nodig te onthouden van de behandeling van de klacht. 4 Een klacht tegen of ingediend door een lid van het College heeft tot gevolg dat dit lid zich van de behandeling van de klacht dient te onthouden.
4.2.4 Reikwijdte van het vooronderzoek
1. Het College van Toezicht stelt een onderzoek in voor zover dat voor de beoordeling van de klacht noodzakelijk is. Daarbij baseert het College zich in beginsel op hetgeen door klager en/of verweerder naar voren is gebracht. 2. Het College van Toezicht is bevoegd de gronden waarop de klacht berust ambtshalve aan te vullen.
4.2.5 Uitwisseling van schriftelijke stukken
1. Alle door een partij in de loop van het onderzoek ingediende stukken die relevant zijn voor de afhandeling van de klacht worden in afschrift aan de andere partij gezonden. 2. Het College stelt verweerder in de gelegenheid binnen vier weken na toezending van het klachtschrift aan verweerder schriftelijk op de ingebrachte klacht te reageren. 3. Het College kan daarna nog eenmaal de gelegenheid geven aan de klager om binnen vier weken na toezending van het verweer schriftelijk repliek in te dienen. De verweerder krijgt dan nog gelegenheid binnen vier weken na toezending van het repliek schriftelijk dupliek in te dienen. 4. Het College kan partijen uitstel verlenen van de in lid 2 en 3genoemde termijnen. De betrokkene dient dit schriftelijk en gemotiveerd aan te vragen.
4.2.6 Hoorzitting
1 Het College van Toezicht kan na de wisseling van de in het vorige Artikel genoemde stukken besluiten dat de klacht mondelinge toelichting behoeft. Het College roept daartoe zowel klager als verweerder op ter zitting van het College te verschijnen, om naar aanleiding van de klacht te worden gehoord. 2. Klager of verweerder kan de wens om gelegenheid tot hoor en wederhoor te kennen geven. Het College besluit gemotiveerd over dit verzoek. 3. Wanneer één der partijen of beide te kennen geven niet gehoord te willen worden in aanwezigheid van de andere partij, worden partijen afzonderlijk van elkaar gehoord. Het College wijst partijen op de beperkingen die dit met zich meebrengt voor wat betreft het hoor en wederhoor. Partijen krijgen dan een schriftelijk verslag van de toelichting van de andere partij. Zij worden hierna eenmaal in de gelegenheid gesteld hierop te reageren binnen vier weken na de dag van toezending van dit verslag. 4. Klager en verweerder zijn bevoegd zich ter zitting door een derde te laten bijstaan of zich te laten vertegenwoordigen. 5. Indien klager en/of verweerder gebruik wensen te maken van de in lid 4 van dit Artikel genoemde mogelijkheid dienen zij dit schriftelijk en uiterlijk tot twee weken voor de zittingsdag aan het College mee te delen onder vermelding van naam en hoedanigheid van genoemde derde. 6. Indien een van beide partijen een derde inschakelt en de andere partij verneemt dat later dan de genoemde termijn van twee weken, dan is deze gerechtigd alsnog ook zelf een derde in te schakelen. 7. Wanneer een der partijen vanwege dringende omstandigheden niet op de zitting aanwezig kan zijn en dit niet tijdig aan het College kenbaar kan maken, bepaalt het College of de zitting verdaagd wordt. 8. Van de zitting wordt ten behoeve van het College een verslag gemaakt, dat op verzoek aan partijen wordt verstrekt. 4.2.7 Getuigen en deskundigen
1. Ambtshalve of op verzoek van klager of verweerder kan het College van Toezicht inlichtingen inwinnen bij en zich laten adviseren door getuigen en deskundigen.
2. Getuigen en deskundigen zullen zich kunnen verschonen van deze plicht als er sprake is van bloed- of aanverwantschap tot en met de tweede graad of een persoonlijke relatie met verweerder of klager, of van geheimhoudingsplicht uit hoofde van hun beroep of betrekking. 3. Voor zover de getuigen en deskundigen niet tijdens een hoorzitting spreken, worden partijen schriftelijk op de hoogte gebracht door wie welke inlichtingen zijn verstrekt.
4.2.8 Openbaarheid en geheimhouding
1. De zittingen van het College van Toezicht zijn als regel niet openbaar, tenzij het College anders beslist. 2. De leden van het College en de ambtelijk secretaris zijn gehouden tot geheimhouding van de door hen behandelde zaken. 3. De stukken en eventueel ander materiaal op de behandeling betrekking hebbende, zijn geheim en uitsluitend ter inzage van de leden van het College en de ambtelijk secretaris, voor zover in dit reglement niet anders is bepaald. 4. Na afloop van de behandeling van een klacht worden de kopieën van de betreffende stukken zoals die aan de leden van het College zijn verstrekt door de ambtelijk secretaris van het College vernietigd.
4.3 Maatregelen
1. Het College van Toezicht kan de volgende disciplinaire maatregelen opleggen indien het College tot het oordeel komt dat de klacht gegrond is:
a. waarschuwing; b. berisping; c. voorwaardelijke schorsing in de uitoefening van het lidmaatschap van de vereniging voor een periode van ten hoogste twee jaar, eventueel in combinatie met oplegging van een onder a of bgenoemde maatregel. De voorwaarde en de termijn die hierop van toepassing is worden in de uitspraak genoemd. d. schorsing in de uitoefening van het lidmaatschap van de vereniging voor een periode van ten hoogste twee jaar, eventueel in combinatie met oplegging van een onder a of b genoemde maatregel. e. ontzetting uit het lidmaatschap van de vereniging op grond van het bepaalde in Artikel 13 lid 5 van de Statuten van de NVO.
2. Disciplinaire maatregelen zijn pas van kracht wanneer de termijn van 8 weken waarbinnen de betrokkene in beroep kan gaan tegen de uitspraak van het College van Toezicht is verstreken en binnen die termijn geen beroep is ingesteld bij het College van Beroep. Het College van Toezicht kan bepalen dat de maatregel onmiddellijk na de uitspraak van kracht wordt.
3. Bij een uitspraak, houdende oplegging van één van de in lid l sub c, d en e genoemde maatregelen, stelt het College van Toezicht het bestuur op de hoogte van de betreffende uitspraak met de gronden waarop zij berust en van de identiteit van het betreffende lid waar de maatregel op van toepassing is, zodra deze onherroepelijk is geworden.
4.4 De uitspraak
1. Het College van Toezicht doet schriftelijke uitspraak binnen acht weken na de afsluitende behandeling van de klacht en uiterlijk binnen 7 maanden na ontvangst van de klacht. 2. Deze termijnen kunnen, mits met redenen omkleed, verlengd worden. Van deze redenen wordt schriftelijk mededeling gedaan aan partijen vóór afloop van de in lid 1 genoemde 7 maanden. 3. De uitspraak van het College wordt gedaan met meerderheid van stemmen en is met redenen omkleed. Bij het staken van stemmen beslist de voorzitter. 4. De ambtelijk secretaris van het College zendt binnen twee weken na de uitspraak per aangetekend schrijven afschrift van een uitspraak van het College aan:
a. de verweerder; b. de klager.
5. Het College zendt eveneens een geanonimiseerd afschrift van de uitspraak aan het bestuur van de vereniging, zodra deze onherroepelijk is geworden. Tegen de uitspraak van het College van Toezicht kan door klager of verweerder binnen 8 weken beroep worden ingesteld bij het College van Beroep.
Drs. F. G. Vaartjes
GZ-psycholoog Psychologenpraktijk Vaartjes
Zoals bij gedrags- en ontwikkelingsproblemen, maar ook voor een second opinion,
intelligentie-onderzoek en onderzoek naar de sociaal-emotionele ontwikkeling.
Bijv. bij angst, boosheid en agressie, stemmingsproblemen, autisme, AD(H)D.
Tevens EMDR-behandeling Trauma type I.
Bij opvoedings- en ontwikkelingsvraagstukken, autisme, ADHD e.d.
• Nieuw: Capaciteitenonderzoek tbv schooladvies:
onderzoek van intelligentie, schoolse vaardigheden
VAKANTIESLUITINGEN 2024 :
Zomervakantie: wo 17-06 t/m vr 26-06 2024.
Voor crisissituaties kunt u terecht bij Orbis GGZ te Sittard-Geleen:
Tel. nr.: 088-4599393
WACHTTIJD: Plusminus 4 weken voor een eerste intakegesprek.
NIEUWS:
Psychologenpraktijk Vaartjes
Nieuwe hoofdvestiging (per 01-07 2024):
Ruys de Beerenbroucklaan 45 te Heerlen
en postadres:
Veersestraat 2
6143AN te Guttecoven
Tel. nr.: 06-20879471
e-mail adres:
vaartjes@psyva.nl
KvK-nr:54364248
AGB-code praktijk: 94059147
BIG-reg. nr.: 99050354925
Lid NIP: nr.: 218422
Lid NVO: nr.: 16020